Het werk van Manuel Claasen (Oostzaan, 1939) heeft als uitgangspunt landschappen. Deze vormen geen afbeeldingen van bestaande situaties, maar zijn verwijzingen naar iets anders, metaforen met een waarde ìn en buiten zichzelf. Het landschap is vertrekpunt, geen middel. Voor Claasen is het landschap een aanzet tot ordening. Wat de vorm betreft, vloeit ordening voort uit de spanning van het vlak. Aan het begin van het werk moet zich uit het lege doek het beeld aandienen. Dat vereist lang kijken, tot de vormen uit het vlak verschijnen. Ordening brengt eisen met zich mee van maat en proportie. Die verhoudingen vloeien voor een deel voort uit ervaring, maar vragen dikwijls ook om nameten en uitrekenen.<br/><br/>
Voor Claasen betekent het kunstwerk, in dit geval het schilderij, een van de schaarse mogelijkheden tot werkelijke ordening, dat wil zeggen een ordening die samenhangt met levensgevoel. In de wereld buiten heerst chaos, onzin, lelijkheid. Er is in het leven geen zin te ontdekken, en van de mogelijkheden tot zingeving is kunst er één. In Claasens werk wordt de wereld gereduceerd tot stilte; er is geen beweging, geen anekdote. Het beeld moet tijdloos zijn, om niet op "de wereld" te gaan lijken. Het werk bevat een aantal vaste elementen. Er zijn trappen, er komen zuidelijk aandoende huizen voor, er is een zwart vlak met daarin een wit vierkant. Er zijn veel organische motieven zoals planten en bomen.
Huizen en trappen vormen sporen van menselijke activiteit. Ze zijn gestileerd omdat "echte" weergave teveel in de buurt van handeling, gebeurtenis zou komen, van geschiedenis. De huizen lijken te verwijzen naar "het zuiden" niet als zonnig droomoord, maar als bakermat, als cultuurgrond. Trappen hebben te maken met "beneden" en "boven", met ontstijgen. Het zwart-met-witte vlak is een Fremdkörper in het schilderij. Het valt erbuiten maar heeft toch met alles te maken, het begin en einde, van kleur en van alle andere dingen. Het witte vlak kan men een filosofisch venster noemen. Een boom staat soms vóór het eigenlijke schilderij. Hij kan beneden en boven eindeloos doorgaan. Hij staat buiten ruimte en tijd, als een mythische boom.
Manuel Claasen